In een getuigenis dd 29 sep 1733 in Wisch vertelt Roelof 29 jaar oud te zijn.
Roelof Arentsen woonde op de Aaltenscheweg (Dames Jolinkweg) in het voormalige pand van cafe "De Zwaan".
In 1740 laat de rentmeester dhr J.Tengbergen beslag leggen op de goederen van Roelof Arentsen wegens een openstaande schuld van zijn vader Willem Arentsen van 50 Gld en 9 St. wegens advocaatskosten.
Op 29 jan 1741 en 9 okt 1742 wordt Roelof genoemd als diaken. (Kerkboek Varsseveld)
Op 21 dec 1742 vertegenwoordigt Roelof Arentsen de heren Peter van de Velde en Jacob van der Berg, die aan Geert van Arragon en Henrica Planten, echtelieden, stukken land in Varsseveld overdragen.
In de jaren 1745/1749 vertegenwoordigt hij als oudste in de familie zijn moeder Enneken Arentsen, w.v. Willem Arentsen, in het proces tegen Hendrika Nagtegaal, de derde vrouw van zijn oom Harmen (overl. 26 okt.1745) aangaande de erfenis.
De 26e feb 1750:
Voogd Jan Planten namens zijn vader en moeder de oudvoogd Nicolaas Planten en Hendrika Wolsing ehel., voorts Roelof Aarendsen zich qual.als volm. van zijn schoonmoeder Agnes Planten w.v. wijlen heer vaandrig Walters en namens de kinderen van wijlen Jacobus Reijtenbach en Leopoldina Planten ehel. voorts Garrit van Arragon namens zijn vrouw Hendrika Planten hebben verkocht in erfkoop aan dhr Tomas Andreas Jonas Nehuijsinge, schuur en hoff in V'veld tussen de huizen en hoven ten zuiden van die van Willem Aarendsen en ten noorden van die van weduwe Post. Voorts een hoff aan de gemene straten aan de westzijde aan de hoff van de weduwe Greven en de oostzijde langs het hoff van Jan Brusse voor 1850 gld.
(ORA Wisch 0209/329: Protocol van verbanden en overdrachten 1748-1758)
Roelof is getuige voor goed gedrag na het ongeval waarbij op dinsdag 18 maart 1755 Hendrik Jan Arentsen per ongeluk werd neergeschoten door zijn neef Harmen Beckink bij de eendenjacht. Hendrik Jan overlijdt aan bloedverlies. Er wordt een verklaring opgesteld dat neef Harmen niet schuldig is, ondertekend door Dersken Stubbelaar, Severijn haar vader, Gradus Arnsen als broer, Wijlmijna Arsena als zuster, Berent ten Hoeve als oom, Rutger Post als oom, Roelof Aarntsen als neef en Gart Jan Arentsen als neef.
Op 13 juni 1758 verkrijgen zij van Jan Miert en zijn vrouw Aaltje Brunsing 1/3 van 't halve bosje op 't Gieseveld naast Burkesveld en naast achter Weggelaar onder Varsseveld. Het overige 2/3 deel wordt aangekocht door voogd Jacobus Becking en zijn vrouw Geertruid Hesselink.
Op 30 nov 1758 doen zij afstand van 1/10 van 3/4 part van 't Goed of Erve Beerlink te Westendorp tgv Wessel Klein Heusingfeld.
Op 7 juli 1764 verkrijgen zij van Jacobus Bekking (namens Johannes Traast de Jonge en Elisabeth Bijvanck) 1/10 Groot en Klein Sesing, 1/10 bloed- en koorntiend uit diverse goederen in de Heelweg tot aan Hallerdijk (Zelhem).
Dezelfde datum wordt het hofje van R.Arntzen genoemd in de Weggelderhorste te Westendorp bij de graven van "'t ijpenstuk" aan 't Busken.
Op 24 okt 1772 "passeert Roeloff peindinge op en aan alle gereede en ongereede goederen van Gart Jan Arentsen".
Generated by GreatFamily 1.1 - FREEWARE